Het Koninklijk Concertgebouworkest behoort al 125 jaar tot de absolute wereldtop. Wat maakt het orkest uniek? Critici roemen telkens weer de orkestklank, die uit duizenden herkenbaar is.
Klank is lastig in woorden te vatten. KCO-strijkers klinken ‘fluwelig’, het koper heeft een ‘gouden’ klank, het timbre van de houtblazers is heel persoonlijk en de slagwerkers uit Amsterdam hebben wereldfaam opgebouwd.
In de klankkleur van het orkest speelt de bijzondere akoestiek van Het Concertgebouw, gebouwd naar een ontwerp van de architect A.L. van Gendt, een belangrijke rol. Maar niet elk orkest klinkt in de Grote Zaal als het Concertgebouworkest.